Veilig hijsen
Hijsen doe je om een last horizontaal en/of verticaal te verplaatsen. Dit kan bijvoorbeeld met een hijskraan, bovenloopkraan, handtakel, verreiker of portaalkraan. Bij het hijsen worden vaak hulpmiddelen gebruikt zoals kettingen, hijsbanden, stenenklem, oogbouten of kabels. De keuze van deze hijsmiddelen wordt bepaald door de afmeting van de last, de vorm van de last, het gewicht van de last en de verplaatsingsafstand van de last. Het verplaatsen van lasten moet veilig gebeuren en er zijn grote risico's bij het niet veilig verplaatsen van lasten.
Keuren
Om de veiligheid te kunnen waarborgen, moeten hijsmiddelen en hijshulpmiddelen periodiek gekeurd worden. Tijdens de werkzaamheden moeten de keuringsbewijzen altijd aanwezig zijn en moeten de keuringsgevens duidelijk zijn aangebracht op het hijswerktuig. Op alle hijshulpmiddelen moet staan wat de maximale toelaatbare belasting is. Vooraf dient er altijd een visuele inspectie van de hijswerktuigen en hijshulpmiddelen plaats te vinden.
Gevaren
Bij het werken met hijswerktuigen dient men alert te zijn op de volgende gevaren:
- Wegzakken of omvallen van een hijswerktuig
- Worden geraakt door het hijswerktuig (mens of materiaal)
- Slecht weer zoals storm en onweer.
- Het te zwaar belasten van het hijswerktuig of hijshulpmiddel
De bediener van een hijswerktuig moet daarom voldoende kennis hebben om een hijswerktuig en te bedienen. Hij kan zijn kennis aantonen met een hijsbewijs of registratieboekje waarin wordt vermeld welke en hoeveel ervaring hij heeft met de specifieke hijswerktuigen.
Hijshulpmiddelen
Er zijn diverse soorten hijshulpmiddelen met hun specifieke gebruiks- en aandachtspunten.
- Kettingen
- Kabels
- Handtakels
- Hijsbanden
- Samengestelde hijsgereedschappen
Hijshulpmiddelen moeten regelmatig visueel gecontroleerd worden op corrosie, beschadigingen en slijtage. Haken mogen niet belast worden op de punt.
Spreidhoek
Wordt er gewerkt met meerdere kettingen of kabels om een last te hijsen, bijvoorbeeld met behulp van een hijsjuk, dan heeft u te maken met de spreidhoek. De spreidhoek moet zo klein mogelijk zijn. De maximale spreidhoek mag maximaal 120 graden zijn. Hoe groter de spreidhoek hoe groter de krachten op kabel of ketting.